maandag 13 december 2010

Winter

Winter, je ontkomt er helaas niet aan. Rond Westdorpe zijn er prachtige polders om in te lopen, maar ze worden niet gestrooid, er ligt vaak veel modder van het landbouwverkeer en ze zijn 's avonds niet verlicht. Aangezien ik doordeweeks meestal op de avonduren ben aangewezen om te lopen heb ik me op 1 december weer gemeld in de sportschool. Ik ben nu weer al enkele weken bezig op de loopband, en het gaat me redelijk af. Alleen mijn grootste probleem manifesteert zich bij trainingen op de loopband nog veel sterker dan buiten: ik kan me zo enorm slecht beheersen. Buiten lukt het me al vrij redelijk om traag te lopen, ik kan het zelfs opbrengen om dat enkele uren na elkaar te doen. Maar binnen... het is verschrikkelijk: na drie kwartier moet het tempo iets omhoog en na een uur moet er nog een tandje bij. Als het eind van de training in zicht komt nog wat versnellen, en nog een beetje, heuveltje erbij, nog een beetje sneller tot ik uiteindelijk niet meer sneller durf (ik ben bang dat ik anders val, want dan word ik tegen de ruit gelanceerd). Tijdens het uitlopen constateer ik wederom dat voor een duurtraining mijn hartslag wel erg hoog is opgelopen en dat mijn shirt ook wel erg bezweet is.
Voor de aanwezige fitnessers moet het wel een vreemde gewaarwording zijn, zo'n Ollander die zich op de band helemaal "het schompes" loopt. De Fitnesser wandelt zelf namelijk enkel op zijn dooie akkertje van toestel naar toestel. Hij drinkt een slokje, kijkt eens in de spiegel, maakt een praatje met een andere fitness-klant (bij voorkeur iemand met minder spiermassa) óf (als de andere fitness-klant van het vrouwelijk geslacht is) neemt een nonchalante pose aan (even stiekem in de spiegel kijken!) waarbij de spieren toch goed worden tentoongesteld en maakt een iets langer praatje. Er wordt uiteraard ook nog even aan de gewichten gesleurd waarna het ritueel (wandeling, spiegel, slokje, praatje) zich herhaalt.
Bovenstaande observaties worden natuurlijk aan het begin van de looptraining gedaan, want aan het eind van de training ziet Ollander voornamelijk zwarte sneeuw en het snot voor ogen. Jammer, want zo kan je jezelf niet in de spiegel zien !?!
O ja, de marathon van Spijkenisse. Die heb ik dus maar aan me voorbij laten gaan, want de voorbereiding was te slecht. Buikgriep, zeven weken aan het snotteren, daarna weer een week niet gelopen... het zou niet goed gekomen zijn. In plaats daarvan nog eens lekker anderhalf uur in de Wachtebeekse bossen gerend. Heerlijk.

dinsdag 9 november 2010

Ziek, zwak en...

Zat ! Het was een week van niks. Zondagmorgen had ik nog heerlijk gelopen met Aschwin in de Wachtebeekse bossen, maar zondagnacht was ik er aan koud: buikgriep... Max en Kim gingen me al voor dus een complete verrassing was het niet. Na anderhalve dag ging het al veel beter, woensdag weer aan het werk gegaan, maar je merkt toch dat je flink verzwakt bent. Het lopen dus nog maar een paar dagen uitgesteld, want niet lopen is slecht voor het humeur, maar slecht lopen in aanloop naar een halve (Nisse, 28 november) en hele marathon (Spijkenisse 12 december) is nog veel erger. Zaterdag dan maar...
Zaterdagmorgen ben ik vroeg opgestaan want ik wilde de draad oppakken met een lekkere duurloop van ongeveer twee uur. Ik keek naar buiten: regen, en wat me eigenlijk nooit overkomt, gebeurde nu wel: mijn zin was totaal over. Ik ben terug in mijn bed gekropen en heb in plaats van de duurloop nog twee uur geslapen. Maar goed, rusten is ook een vorm van trainen, bovendien zou die avond ook wel eens laat kunnen worden: het was immers Westdorps dweilbandfestival! Saxofoon spelen dus (mijn eerste liefde) en de rest van de avond feesten!
Eigenlijk net goed en wel hersteld van mijn griep heb ik geweldig genoten van de vele leuke dweilbands op ons festival en natuurlijk, daar hoort een biertje bij. Het is niet bij één biertje gebleven en het uiteindelijke resultaat was dat ik me zondag eigenlijk weer net zo slecht voelde als de maandag ervoor. Deze keer wel met een duidelijke oorzaak: drank!
Maandag, helemaal hersteld, uitgeslapen en het begin van een nieuwe week. Ook een goed moment voor een nieuwe start, dacht ik. Ik was vrij vroeg thuis van het werk dus ik kon lekker gaan lopen. Optimistisch vertrok ik in korte broek en T-shirt om op de kanaaldijk te gaan lopen. 800 meters, een beetje à la Yasso was de opzet. Met de auto reed ik richting kanaal, want dat bespaart tijd. Op de kanaaldijk heb ik een tijd geleden streepjes op de weg gezet, precies om de 200 meter, dus die 800 meters waren exact uit te meten.
Dat viel even tegen zeg! Het was koud, het waaide vrij hard en het regende bijna constant. En daar stond ik in korte broek en shirtje. De enige manier om een beetje warm te worden is flink door te lopen. Ik begon met 800 meter in 3'48", nam telkens iets minder dan de voorgeschreven rust en liep nog eens en nog eens en nog eens 800 meter. De eerste drie keer vrij constant van tempo, maar daarna elke 800 meter een tikje sneller. Uiteindelijk liep ik 8x 800 meter, waarvan de laatste in 3'22". Twee minder dan gepland, maar het was intussen bijna donker, ik was doorweekt en steenkapot... en hartstikke gelukkig. Heerlijk afgezien.

zaterdag 2 oktober 2010

Nieuwe trainingen

Voor mijn eerste marathons heb ik alle trainingen vastgelegd in Excel-abellen. Afstand, tijd, gemiddelde snelheid werden alle keren vastgelegd. Voor een aantal lange duurlopen hield ik ook de gemiddelde hartslag bij. Dat wordt me nu toch allemaal een beetje te gortig. Ik ga de trainingen een beetje proberen te veranderen. Voorlopig nog even geen interval en snelheidstrainingen. In het weekend altijd een duurloop in laag tempo. Mijn eerste heb ik al achter de rug: precies een uur gelopen in de bossen van Wachtebeke. De bedoeling is dat daar per week een kwartiertje bijkomt. Verder doordeweeks nog één keer lopen en voor de rest thuis oefeningen om de rompspieren en de benen te versterken. Het lage tempo van de duurlopen zal in het begin wel tegenvallen maar ik ga er van uit dat het zich uitbetaald. Het doel is in eerste instantie om de marathon comfortabel uit te lopen. Later wil ik de afstanden vergroten. Eerst richting 50 of 60 km en ik hoop ooit een 100 km te kunnen lopen.


Toen ik op 1 juni 2009 voor het eerst sinds de middelbare school twee minuten aan één stuk ging hardlopen heb ik behoorlijk afgezien: een knalrood hoofd, helemaal buiten adem en zeiknat van het zweet. Toch wist ik toen al dat mijn doel een marathon zou zijn, al durfde ik het misschien nog niet hardop te zeggen. En nog voordat ik mijn eerste marathon had beëindigd wist ik al dat 42 km niet het einddoel kon zijn. Ik ben altijd liefhebber geweest van extremen in de duursport: marathonschaatswedstrijden over 200 km, zwemmers die het Kanaal oversteken, zware bergetappes in de Tour de France over hoge cols, de Marathon des Sables, de Iron Man. Voor menig sportliefhebber te lang en dus saai, maar mijn hart gaat er sneller van kloppen.
Na de marathon blijven er dus in elk geval nog genoeg doelen over om voor te trainen. Mijn grenzen qua snelheid zullen de komende paar jaar wel duidelijk worden, maar maximale afstand of tijdsduur kan volgens mij nog wel tien jaar groeien. De grootste uitdaging voor mij is misschien wel mezelf beheersen om hierbij niet te hard van stapel te lopen. In mijn hoofd ren ik misschien wel al de 100 km van Winschoten, feit blijft dat ik nog geen anderhalf jaar loop en met moeite twee keer de marathon heb uitgelopen. Ik hoop dat dit jaar daar nog een marathon bij komt: Spijkenisse 12 december misschien. Parcours ziet er in elk geval vlak uit en grotendeels asfalt. Als de trainingen een beetje lekker gaan moet dit hem wel worden, denk ik.

maandag 27 september 2010

Marathon Gent

Gisteren heb ik mijn 2e marathon gelopen. Ik was vooraf zenuwachtiger dan de eerste keer. Misschien omdat mijn voorbereiding voor mijn gevoel is minder was. Misschien ook omdat ik enkele weken geleden al een voorproefje kreeg op het afzien dat me te wachten stond. Op mijn laatste lange duurloop van 30 km kreeg ik het na 25 km heel zwaar. Het was die dag heel warm en ik had eigenlijk net iets te weinig drank meegenomen. De laatste kilometers dus flink afgezien.

Vandaar het voornemen om voorzichtig te beginnen. Mezelf in bedwang houden dus, iets waar ik van nature niet zo goed in ben. Meestal ben ik van de tactiek om er hard in te vliegen en mijn dwarsheid gebruiken om dit zo lang mogelijk vol te houden... zie 17 april... Maar deze keer wilde ik vooral zo vlak mogelijk lopen en zo comfortabel als mogelijk finishen. En graag binnen de 4 uur. Dat laatste zat er niet in, merkte ik al snel. Mijn doorkomst halverwege was rond de 1 uur 56' , ongeveer zoals gepland, maar dat betekende wel dat ik de tweede helft niet al te veel zou mogen verzwakken. Het parcours was echter heel zwaar. Een flink deel was onverhard met veel grote plassen die niet allemaal te ontwijken waren. Dan was er nog een stukje met roosters waar je weinig grip op had, wat hellinkjes en vier keer een viaduct op en af. Op ongeveer 34 km wist ik zeker dat 4 uur niet haalbaar was en ben ik even een minuutje gaan wandelen. De laatste 8 kilometer was nog flink afzien, maar in een marathon is finishen voor mij ook al een doel. Uiteindelijk ben ik gefinished in 4 uur 10' 58". Niet sneller dan vorige keer, maar gezien de omstandigheden ben ik dik tevreden.

En intussen ben ik aan het bedenken op welke marathon ik me nu ga richten...

maandag 16 augustus 2010

Voorzichtig aan

De vakantie zit er bijna op. Nog een weekje en dan weer aan het werk. Gelukkig heb ik in de vakantie een aantal keer lekker kunnen trainen. In Lommel, waar we een weekje op vakantie waren heb ik twee keer een flinke duurloop gedaan op, voor een deel op zandgrond in het bos. Ontspannen gelopen, ook al was een deel ervan in de regen. Mijn humeur was door de leuke vakantie in Lommel toch al flink vooruit gegaan, maar door het lopen kreeg het nog een extra boost. Na een paar dagen thuis te zijn was het dan ook weer tijd om er nog eens ouderwets hard in te vliegen om te zien hoe ver ik stond. Ik besloot een aanval op mijn PR over 4,8 km te wagen (het rondje langs het kanaal). Ik vertrok (natuurlijk) weer een beetje te hard en ik lag dus op koers om mijn snelste tijd flink te verbeteren. Op het laatst had ik het wel zwaar, want mijn hartslag was al een hele tijd boven de 170 geweest. Maar uiteindelijk liep ik toch net binnen de 21 minuten, een flinke verbetering.


De dagen erna heb ik gemerkt dat ik toch nog even voorzichtig moet doen voor mijn knieën. De duurloop van boven de 20 km zit er aan te komen, maar komende week hou ik het aantal trainingen toch maar op twee. Nog zeven weken voor de marathon van Gent. Het wordt krap, maar ik hoop weer net op tijd ervoor klaar te zijn.

woensdag 23 juni 2010

Vooruit kijken

Na mijn marathondebuut heb ik even rustig aan gedaan. De eerste week ging me dat heel gemakkelijk af, een beetje rust leek me wel verdiend en mijn benen deden nog behoorlijk pijn. Maar voor herstel na een marathon staat een 4 tot 6 weken. Na een paar weken vond ik het toch tijd worden om de trainingskilometers weer wat op te schroeven want ik had me voorgenomen om dit najaar nog een marathon te lopen. De kustmarathon op 3 oktober zag ik nog niet zo zitten, want die staat bekend als enorm zwaar. Bovendien vind ik dat mijn tijd van net binnen de 4 uur een beetje aangescherpt moet worden. Ik had mijn oog dus laten vallen op de marathon van Eindhoven op 10 oktober. "Zo vlak als een biljartlaken", aldus Kaat, ideaal dus om een snellere tijd neer te zetten. Toen las ik op internet dat op 26 september in Gent een marathon zou doorgaan heb ik daarvoor gekozen. Dicht bij huis, dus logistiek een stuk makkelijker en een mooi parcours langs de Leie. Misschien niet zo vlak als Eindhoven, maar ik hoop dat het toch iets lichter is dan de marathon van Zeeuws-Vlaanderen. Ik denk dat ik iets verstandiger (dus trager) van start zal gaan en ik vermoed dat ik tegen die tijd nog in betere vorm ben dan bij mijn debuut. Ik durf niet te hoog in te zetten, maar ik denk dat ik er wel 10 minuten af moet kunnen krijgen.
Enkele weken na 17 april ben ik dus de kilometers wat gaan opvoeren. Een paar weken later ben ik ook wat intervaltraining gaan toevoegen. Half mei 4 x 800 meter, enkele weken later 12 x 400 meter. Uiteindelijk moet het 10 x 800 meter worden. Ene meneer Yasso heeft bedacht dat als je een marathon in 4 uur wilt lopen, je 10 x 800 meter in 4 minuten moet lopen. Wil je een marathon in 3 uur en 30 minuten doen moet je je 800 meters in 3 minuten en 30 seconden doen. Overmoedig (uiteraard) ben ik mijn 800 meter-intervallen in 3 minuten en 30 seconden gestart. De 400 meter-intervallen nog iets sneller. Intussen had ik ook al weer een duurloop van 22 km gedaan.
Het leek dus goed te gaan, maar zo snel als ik eerst vooruit ging, zo snel kwam ik ook weer tot stilstand. Mijn benen voelden zwaar, mijn hartslag werd veel te hoog bij duurlopen op matig tempo en de eerste kilometers waren geregeld pijnlijk. Tijd om weer eens gemasseerd te worden dus. Ambrose is op vakantie voor een hele tijd dus ik moet noodgedwongen naar een ander. De keus is gevallen op Josa, collega van Vera en ervaren sportmasseuse. Over een paar dagen is het zover. Mijn hoop is op haar gevestigd, want ik wil snel weer een echte lange duurloop (over de 25 km) kunnen lopen.

woensdag 21 april 2010

De Marathon !!!

Eindelijk was het zover: de Grote Dag. 17 April 2010, de dag dat ik mijn eerste marathon zou lopen. Mijn voornaamste doel was uitlopen, mijn volgende doel was om dat ook nog binnen de vier uur te doen. Ambitieus misschien voor een debuut, wetende dat 16 km van het parcours onverhard is. Aan de andere kant: ik hou mezelf altijd voor dat zolang de lat op 2 meter ligt er nooit 2 meter 10 gesprongen wordt...
Gelukkig had ik vrij goed geslapen, dat was al een goed begin. Vroeg opgestaan om minstens drie uur voor de start een goed ontbijt naar binnen te werken: Brinta met veel suiker. Daarna nog maar een uurtje terug in bed gegaan, want beneden deed ik niks anders dan een beetje doelloos heen en weer lopen, want alles lag al gereed.
Onderweg naar Hulst kwam ik er achter dat ik mijn tas vergeten was. Geen drama, in mijn tas zaten alleen spullen voor na de finish. Even naar huis gebeld naar Vera, vandaag niet alleen supporter maar ook een beetje logistiek manager, dus dat werd snel opgelost. Eenmaal op de markt zag ik al een flinke menigte: heel veel lopers, begeleiders, verkeersregelaars, pers en kijkers. De weersverwachting was goed en Marco was paraat op de mountainbike om me te voorzien van drank en de broodnodige gelletjes. De Sjores Ambras Band toeterde er al vrolijk op los en ik bedacht me dat ik me heel goed had voorbereid. Bijna 1200 trainingskilometers sinds juni, de laatste week steeds op tijd in bed, massages door Ambrose, koolhydraatarm aan het begin van de week, daarna koolhydraatrijk. Veel water gedronken de dagen voor de marathon. Samen met Marco het hele parcours doorgesproken. Ik denk niet dat ik ooit voor iets zoveel heb gedaan en gelaten.
Het plan was om met 11 km/u te vertrekken en dit zo'n 3 uur vol te houden. Daarna zou het tempo ongetwijfeld iets zakken. Als ik dan nog een uurtje gemiddeld 9 km/u zou kunnen lopen was ik precies binnen de vier uur binnen. Uiteraard liep het iets anders. Ik vertrok te snel, ik had het idee dat ik lekker aan het lopen was, maar na 5 km lag ik al zo'n anderhalve minuut voor op schema. Dus moest het tempo iets zakken. Dat ging eigenlijk nog niet zo gemakkelijk. Pas na de 20 km ging het tempo beetje bij beetje naar beneden. Onderweg zag ik hier en daar wat bekenden die me luidkeels aanmoedigden. Alle keren als er iemand riep: "Gaat het nog?" , stak ik mijn duim op, ook op de momenten dat ik me niet goed voelde. En dat was eigenlijk al een stuk sneller dan ik had gedacht. Al op 19 km kreeg ik de eerste steken in de zij. Op 25 km begonnen mijn benen ook zeer te doen. Tot 33 km ben ik doorgerend. Daar begon het "Eiland van Meijer", een stuk waarvan vooraf al werd gezegd dat het zwaar zou zijn. Ik moest net een gelletje tot me nemen op dat punt, maar ik zag het even niet zitten om dat nog rennend te doen. Een stukje wandelen dus, eigenlijk veel eerder dan ik had gepland, maar het ging even niet anders.
Na het "Eiland van Meijer" ben ik nog een paar kilometer achter mijn collega Johan aangelopen, maar iets na de 35 km moest ik hem laten gaan. Het hardlopen werd stilistisch er niet mooier op en af en toe moest ik toch weer even een stukje wandelen. Met één oog op de stopwatch probeerde ik in te schatten hoe ver ik van de finish was, want er stonden geen bordjes elke kilometer. Intussen probeerde ik te berekenen in welk tempo ik het laatste stuk zou moeten afleggen. Toen ik op ongeveer 39 km was wist ik dat binnen de vier uur mogelijk zou zijn, maar dan mocht ik niet meer wandelen. Het hardlopen moest niet meer echt hard zijn, maar ik mocht zeker niet gaan wandelen. Tegen het einde zag ik iets verderop een bordje staan. Ik kon het nog niet lezen, maar ik dacht dat het het 41 km-punt was. Op mijn stopwatch zag ik dat ik nog ongeveer zes minuten had. Shit, dat ga ik niet halen, nog 1200 meter in zes minuten, dat is 12 km/u wist ik. Dat is een snelheid die ik aankan, maar niet nu. Iets dichter bij het bordje zag ik dat er geen 41 km stond, maar "laatste km" ! Dat was dus 1000 meter in zes minuten, dus 10 km/u, een snelheid die ik makkelijk aan moest kunnen. Het zag er waarschijnlijk niet meer uit, maar voor mijn gevoel trok ik nog een sprintje. Toen ik de laatste bocht doorkwam zette Tandsjen Bei "Spidi" in. Op de markt zag ik de klok op 3 uur 59 minuten en 12 seconden staan. Nu voelde ik niks meer, ik versnelde nog meer, nam haastig de bloemen aan van mijn dochter en sprintte de markt op. Over de finish zag ik dat ik iets binnen de vier uur gefinished was. Mijn eerste marathon uitgelopen en ook nog binnen de vier uur! De precieze tijd wist ik toen nog niet, maar later zag ik dat het 3 uur 59 minuten en 34 seconden was. Voor mezelf een prima tijd voor een debuut.

dinsdag 23 maart 2010

Ups en Downs

Afgelopen week nog eens op de massagetafel gelegen. Het was minder pijnlijk dan de eerste keer, een teken dat er minder rotzooi in mijn benen zat. Nog één keer voor De Grote Dag. Een paar dagen na de massage heb ik mijn grenzen nog eens verlegd: een duurloop van 30 km. Op zich ging het niet slecht, maar het laatste stukje ben ik zwaar naar de klote gegaan. De laatste 5 km had ik het al niet zo gemakkelijk, maar een tussensprintje over het laatste kruispunt om de auto's voor te zijn brak me zwaar op. Ik kreeg enorme kramp in mijn buik, dacht even dat ik zou moeten kotsen. Heel even dacht ik om te gaan wandelen, maar natuurlijk ben ik daar te dwars voor.
Vandaag had ik mijn zinnen gezet op een 10 km in een snelle tijd, liefst een PR. Direct na het werk de loopschoenen aangedaan en als een speer vertrokken. Eigenlijk weer iets te snel (ik leer het ook nooit), maar het is me wel gelukt: bijna 4 minuten haalde ik van mijn persoonlijke toptijd af. Ja, als je niet snel bent valt er natuurlijk nog veel te winnen... In ieder geval ben ik dik content met 46' 07" , precies 13 km/u.
Volgende week staat er 32 km op het programma, mijn laatste echt lange duurloop voor de marathon. Dat zal andere koek zijn dan 10 km knallen....

dinsdag 2 maart 2010

Massage

De sneeuw is weg, de temperaturen schieten omhoog. De lente komt eraan en dat werd tijd. Deze week loopt mijn maandabonnement bij het fitness-centre af. Nog één keer op de loopband en dan weer lekker buiten rennen.
Het lopen op een loopband viel me eigenlijk best mee. Aan de ene kant is het saai, aan de andere kant kan je er jezelf prima mee uitdagen. Nog iets verder, nog een tandje sneller, nog 100 meter meer sprinten. Uiteindelijk is wel gebleken dat ik mezelf iets te veel heb uitgedaagd. Mijn benen deden al zeer tussen de trainingen, maar uiteindelijk ging het zelfs niet meer over. Anderhalve week geleden had ik een duurloop van meer dan 20 km gepland, maar ik ben vroegtijdig gestopt. Vanaf de start deden mijn benen pijn en na 17 km vond ik het wel genoeg.
Op aanraden van Manfred heb ik toch maar eens naar Ambrose gebeld. Ambrose heeft al heel veel mensen op de massagetafel gehad en tot nu toe heb ik alleen maar positieve reacties gehoord, tenminste over het resultaat... Over de massage zelf is ook vrijwel iedereen het eens: hij is niet zachtzinnig. "Ik ben niet van het aaien" zegt hij zelf.
Een uur heeft hij mijn benen onder handen genomen, en inderdaad, het was met momenten vrij pijnlijk, maar het resultaat is verbluffend. Drie dagen later liep ik voor het eerst een ronde van 25 km. Het ging verrassend makkelijk en ook nog in een vrij hoog tempo. Met nog twee massages in de agenda voor 17 april schat ik mijn kansen om mijn eerste marathon binnen vier uur uit te lopen toch vrij hoog in. Al moet uitlopen natuurlijk prioriteit nummer één blijven.

donderdag 21 januari 2010

Sneeuw en IJs

Winter was al niet mijn favoriete tijd van het jaar, maar sinds ik loop vind ik de winter nog vervelender. De kou is nog niet zo'n ramp, zolang het maar niet vriest. Het lopen in het donker vind ik echter bijzonder vervelend. Ik heb het tot nu toe bijna altijd kunnen opbrengen om toch te gaan lopen, maar het was nooit met de volle goesting. Toen er sneeuw en vorst bijkwamen werd het helemaal lastig: op een paar fietspaden na kon je nergens een beetje normaal rennen. Ik ben enkele keren overdag de polder ingegaan, maar daar ben ik gauw van afgestapt. Los van het gevaar om te vallen of jezelf te blesseren is het demotiverend dat je hartstikke moe wordt terwijl je niet vooruit komt omdat je niet goed kan afzetten op een gladde ondergrond.

Omdat ik bang was dat ik teveel trainingachterstand zou oplopen ben ik naar een sportschool gegaan. Ik train daar nu sinds enkele weken op de loopband, en het gaat me goed af. Het is licht, je kan makkelijk zien hoe ver je loopt en hoe snel en je kan je hartslag intussen ook nog eens controleren. Een goed alternatief voor in de winter, maar nu de sneeuw weg is en het (heel langzaam) weer langer licht wordt heb ik toch weer zin om naar buiten te gaan.

Vorige week was de Eugene Vink Memorial trimloop. Start 50 m van mijn voordeur dus daar moest ik dan toch maar eens aan meedoen. Ik schreef me met nog 74 anderen in voor de langste afstand, 14,5 km. Bij de start was het aan het regenen. Voorzichtig begon ik in allerlaatste positie, maar al gauw had ik door dat dat wel heel erg langzaam ging. Vrijwel direkt haalde ik al een paar mensen in. Toen er na zo'n 1500 m. een beetje ruimte was om wat plaatsen te winnen, lag het veld al helemaal uit elkaar. In de polder haalde ik hier en daar enkelingen in en hopte van groepje naar groepje. Uiteindelijk bleek dat ik toch nog 23 van 75 deelnemers achter me liet. Voor een debuut vond ik dat goed genoeg. Toen ik zag dat mijn snelheid gemiddeld ook boven de 12 km/u was uitgekomen was ik helemaal tevreden. En toch, nog geen 10 minuten na de finish (waar het nog steeds regende) bedacht ik dat ik nog sneller had kunnen lopen als ik iets brutaler (dus meer voorin het veld) was gestart en in een sneller groepje was gaan zitten. Ik heb dus al een doel voor volgende wedstrijd.